Taal Doet Meer
#doemeermettaal

Actietip: Nederlands in beweging

Als taalcoach zie je jouw deelnemer(s) vaak op dezelfde plek: zittend aan een tafeltje in een bibliotheek of buurthuis. Niks mis mee, behalve dat… je nieuwe woorden vaak beter onthoudt wanneer je deze krijgt aangeboden in een betekenisvolle context. Je leert met al je zintuigen én je kunt het geleerde direct toepassen in de praktijk.

Die praktijk kan van alles zijn: een wandelingetje door de buurt, een bezoekje aan de markt of met z’n allen naar het station. Voelt dat (nog) als een brug te ver: het buurthuis of de bibliotheek biedt op zichzelf ook al een schat aan mogelijkheden. Benieuwd hoe je jouw deelnemers (en jezelf!) in beweging krijgt? Hieronder delen we een aantal concrete tips!

In het buurthuis of de bibliotheek

Beginners

Loop samen met je deelnemers naar de boekenkast/het folderrek/de balie.

Wijs aan wat je ziet, pak het vast of raak het aan, laat de deelnemers hetzelfde doen en de woorden nazeggen: dit is een boek, dit is de kast, dit is een folder.

Stel daarna vragen waarvoor alleen passieve woordenkennis nodig is: Waar ligt het boek? Waar staat de balie? Deelnemers hoeven alleen te wijzen of ‘Daar!’ te zeggen.

Gaat dit goed? Stel daarna vragen waarvoor actieve woordenkennis nodig is: Wat is dit? (wijs de kast, het boek, de balie, etc. aan).

Gevorderden

Geef elk duo een duidelijke opdracht:

  • Je wilt weten welke activiteiten er te doen zijn in de bibliotheek/het buurthuis
  • Je wilt weten hoe laat de bibliotheek/het buurthuis op woensdag dicht gaat
  • Je wilt weten waar de koffieautomaat staat en hoeveel een kopje koffie kost

Laat de duo’s eerst samen bedenken welke vragen ze kunnen stellen aan de bibliotheek- of buurthuismedewerker. Duo’s voeren de opdracht uit en delen de informatie met de rest van de groep.

Les op locatie: naar de markt, een buurtwinkel of een bushalte

Behandel je met jouw deelnemer(s) een onderwerp als ‘eten en drinken’, ‘reizen’ of ‘de weg vragen’? Ga dan samen naar een plek waar je de woorden, zinnen en uitdrukkingen die bij dit thema horen, kunt zien en oefenen:

Op de markt of in de buurtwinkel

Ga naar de groentekraam of buurtwinkel. Laat de deelnemers een groente uitkiezen. Houd vast, ruik er aan en laat de deelnemers een vraag stellen: Hoeveel kost deze tomaat? Hoeveel kost een kilo tomaten?

Naar de bushalte

Oefen met het vragen van de weg: Mag ik u wat vragen? Waar is de bushalte?

Bij de bushalte: Hoe heet deze halte? Gaat deze bus naar het station? Hoe laat komt de bus?

NB: met beginners ligt de nadruk op het leren kennen van nieuwe woorden. Bij gevorderden richt je je meer op het stellen van vragen en het oefenen van eenvoudige gesprekjes in de praktijk.

Aan de wandel

Naast het oefenen van taal op één specifieke locatie, leent ook een wandeling zich prima voor het aanleren van nieuwe woorden en zinnen:

  • Probiblio heeft een zogenaamde wandelwaaier ontwikkeld. De waaier bestaat uit 20 gesprekskaarten met vragen die je tijdens een wandeling kunt bespreken, bijvoorbeeld over de straatnieuwsverkoper of over het zebrapad.
  • Elke eerste vrijdag van de maand is er een taalwandeling. Deze vindt nu nog plaats in de binnenstad, maar er zijn ook meerdere wijkwandelingen in de maak voor o.a. Overvecht en Kanaleneiland.
  • Samen wandelen kan ook met behulp van een speciale bingokaart. Hoe je dit makkelijk kunt maken en nog meer leuke taalwandel-tips vind je hier.

Heb jij zelf een leuk idee? We horen het graag! Stuur een mailtje naar taalconsulent@taaldoetmeer.nl.

Lees meer: